Twee weken geleden kwam er in het nieuws het bericht dat het ministerie van VWS een vonnis van de rechtbank niet zou opvolgen en de opgelegde dwangsommen zou gaan betalen. Dit heeft nogal wat vragen opgeroepen bij deze en gene. Ook klanten van ons kantoor hebben hier vragen over gesteld.
In deze publicatie gaan wij niet in op de beslissing van het ministerie. Wel willen wij uitleg geven over wat er kan gebeuren als er geen opvolging wordt gegeven aan een vonnis.
In een rechterlijke procedure vordert de een iets van een ander. Dat kan een handeling zijn of nu net het nalaten van een handeling, een verbod ergens op of een geldvordering. Bij een vordering om iemand anders te dwingen wel of geen handeling te verrichten, kan de rechter gevraagd worden een dwangsom op te leggen voor de periode dat de andere partij geen uitvoering geeft aan de gevraagde handeling.
Dwangsom in een vonnis?
Zoals gezegd, kan dus een vordering en dwangsom gevraagd worden. De rechter zal bij de beoordeling of een dwangsom opgelegd moet worden, onderzoeken in hoeverre een partij uitvoering kan geven aan het gevorderde. Als dat lastig tot onmogelijk is, zal de rechter de dwangsom afwijzen. Dat zal niet zo vaak voorkomen. Immers, als een handeling of nalaten van een handeling gevorderd wordt waar een andere partij niet aan kan voldoen, zal de rechter eerder die vordering afwijzen en is een dwangsom al helemaal niet mogelijk.
Maar nu heeft de rechter wel een dwangsom opgelegd. Als de rechter de dwangsom oplegt, kijkt de rechter ook naar de hoogte per dag/overtreding en zet er een maximum op. Dat doet hij aan de hand van de eis in de dagvaarding/verzoekschrift, maar ook aan de hand van de aard van de zaak en de draagkracht van de andere partij.
Met dit vonnis in de hand, kan de eisende partij de deurwaarder de opdracht geven de dwangsom te incasseren als de andere partij geen uitvoering geeft aan het vonnis. De deurwaarder kan voor het incasseren van de dwangsom verschillende middelen inzetten, waaronder beslaglegging bij de veroordeelde partij. Dat kan de deurwaarder echter wel maar tot het maximumbedrag dat de rechter in zijn vonnis heeft vastgesteld.
Voorbeeld van een dwangsom
Een willekeurig voorbeeld dat wij vaak zien in een arbeidszaak: Een medewerker wordt ontslagen, omdat de werkgever van mening is dat de arbeidsrelatie met de werknemer niet langer kan voortduren (voor dit voorbeeld wordt in het midden gelaten waarom).
De werknemer is het er niet mee eens en brengt een verzoekschrift aan bij de rechter. In dit verzoekschrift eist de werknemer herstel van de arbeidsovereenkomst, toegelaten te worden tot de overeengekomen werkzaamheden en nabetaling van het achterstallig loon als gevolg van het ontslag. Tevens verzoekt de werknemer een dwangsom bij het herstellen van de arbeidsovereenkomst en het toegelaten worden tot zijn werkzaamheden. Een dwangsom voor het loon te betalen kan niet, omdat daar andere middelen voor zijn, zoals de wettelijke verhoging.
De dwangsom die de werknemer eist is (bijvoorbeeld) € 5.000,00 per dag dat hij niet wordt toegelaten tot het werk tot een maximum van € 500.000,00 (bewust onredelijke bedragen voor dit voorbeeld).
De rechter zal zich buigen over de vraag of de arbeidsovereenkomst hersteld moet worden. In dit voorbeeld gaan wij uit van de situatie dat de arbeidsovereenkomst inderdaad moet worden hersteld en dat het loon met terugwerkende kracht betaald moet gaan worden.
Dan moet de rechter een oordeel vellen over de dwangsom. De dwangsom moet in verhouding staan tot het belang van de eisende partij. Hierbij laat hij ook de draagkracht van de werkgever meetellen in de beoordeling.
Het is voor te stellen dat het belang van de werknemer groot is snel weer inkomsten te verkrijgen. Ook is het van belang voor de werknemer weer aan het werk te kunnen. Natuurlijk kan wel beredeneerd worden dat het belang van het verkrijgen van inkomsten zwaarder weegt dan weer aan het werk te kunnen. Want als je niet mag komen werken maar je krijgt wel het loon, dan is de ergste nood geledigd.
Zoals gezegd, kijkt de rechter ook naar de draagkracht van de werkgever. Als het een kleine werkgever is, maar met een grote omzet en marge, dan kan de dwangsom hoger worden vastgesteld dan een grote werkgever met een kleine marge. Met andere woorden, de omvang van de werkgever zegt niet alles.
De rechter kijkt ook naar het gedrag van de werkgever. Als deze heel laconiek in de zitting zit, dan kan dat van invloed zijn bij de vaststelling van de dwangsom. Het is immers bij een dergelijke werkgever niet uit te sluiten dat hij er toch alles aan doet de betrokken werknemer dwars te zitten.
In onze arbeidsrechtpraktijk hebben wij al veel vormen van dwangsommen gezien, variërend van € 250,00 per dag tot maximum van € 5.000,00 tot aan € 1.000,00 per dag tot een maximum van € 25.000,00. Deze laatste is natuurlijk al heel fors.
Ondanks dwangsom geen actie
Nu kan het voorkomen dat ondanks de dwangsom, de veroordeelde partij alsnog niet in actie komt. Wat dan? In dat geval zal de eisende partij de rechter kunnen vragen de dwangsommen te verhogen. Het is voor te stellen dat als een eisende partij om verhoging van de dwangsommen moet vragen, de rechter wel een goede afweging zal maken maar ook het belang van de eisende partij ziet en de dwangsom zal verhogen. De eisende partij heeft immers geen ander middel om de veroordeelde partij tot actie te bewegen.
Maar ja, dan zijn de dwangsommen verhoogd en nog steeds gebeurt er niets. Op enig moment zijn de dwangsommen uitgewerkt en doet de veroordeelde partij nog steeds niets. Bij natuurlijke personen zijn er dan nog andere middelen. Denk in dat geval aan lijfstraffen. Dat is natuurlijk een heel vergaand (dwang)middel waar terughoudend mee omgegaan moet worden. Maar ze worden wel toegepast. Denk maar eens aan het nieuwsbericht van een paar jaren terug over een journalist die zijn bronnen niet vrij wilde geven.
Bij rechtspersonen kan je op enig moment beslag laten leggen op de eigendommen, waardoor een faillissement niet langer uitgesloten zal zijn.
En bij de overheid dan? Over het algemeen houden overheden zich goed aan de vonnissen en opgelegde dwangsommen. Maar helaas niet altijd. Dat blijkt ook uit de inleiding van dit stuk. Die kan niet failliet en een lijfstraf is ook ondenkbaar. En verhoging van de dwangsommen helpt ook niet onbeperkt. Om die reden hadden wij ook begrip voor de vragen die bij onze klanten gingen leven.
Heb je zelf een vordering waarbij een dwangsom overwogen moet worden? Of heb je een vonnis ontvangen met daarin een dwangsom? Neem contact op met onze specialisten om je hierbij te ondersteunen.